Zoek teksten, afbeeldingen, video's

Hallo, deze site is gebouwd door Kris Merckx. Heb je zelf digitale hulp of ondersteuning nodig als particulier, bedrijf, VZW, school of vereniging? Bel me op 0497 94 40 81

De Alvermannekes bestaan echt

De bejaarde man die ons dit verhaal vertelt, wil dat alleen doen op voorwaarde dat wij zijn naam niet vermelden. Hij heeft daar een goede reden voor. Als de familie nog eens samen zit, wordt steevast deze gebeurtenis opgedist. De ouderen in het gezelschap weten niet wat ze moeten denken over de waarachtigheid ervan. Daarom zijn ze vaak onderwerp van spot van de jongeren, die hen op de ongerijmdheid van het hele verhaal wijzen. Onze verteller heeft zich in die discussie nooit gemengd. Maar nu hij de laatste overlevende van zijn generatie is, komt hij met de ware toedracht naar buiten.

"Het was voor de oorlog. We waren thuis kleine boeren met wat land. Als we wilden ploegen, moesten we in ruil voor wat hulp in de oogst of de klein bieten, een os gaan lenen. We hadden juist genoeg om elke dag voldoende te eten. Daarom was de groentetuin dan ook van groot belang.

Naast ons woonde mijn nonkel, eveneens een kleine boer. Zelf had hij geen kinderen, zodat ik het grootste deel van de dag bij hem op de boerderij zat. De man zag slecht, hij droeg een bril met dikke glazen. Was het misschien daarom dat hij graag had dat ik met hem optrok?

In het voorjaar ging hij elk jaar erwtenrijzen kappen in de diepe straat naar Ezemaal. De holle weg was fel dichtgegroeid, zodat het beneden wat duister was. Toen hij weer eens ging rijzen kappen, besloot ik hem een poets te bakken. Terwijl hij op het talud bezig was, liep ik stilletjes over het veld langs de bovenkant van de diepe straat. Mijn nonkel had mij niet gezien. Ik legde mij plat op mijn buik en gooide kluiten aarde in zijn richting. Eerst kleine daarna dikkere, met hele handen vol. Het gaf een gerommel tussen de dorre struiken, precies of er een lawine op komst was. De arme man keek eerst een paar keer ongerust op, maar hij zag niets verdacht. Toen de kluiten bleven komen, griste hij zijn bijltje mee, haastte zich holderdebolder naar beneden en liep zo snel zijn benen hem konden dragen naar huis. Zijn takkenbos met rijzen liet hij ter plaatse achter. Toen ze 's avonds rond de Leuvense stoof zaten, vertelde hij wat hij in de diepe straat had meegemaakt. Hij was er vast van overtuigd dat de Alvermannetjes achter hem hadden gezeten met aardkluiten, omdat hij hun slaap had verstoord. Ze waren immers heel de nacht in de weer geweest om werkjes voor de mensen op te knappen. En overdag wilden ze rusten. Ik zat erbij, maar gaf geen kik.

's Anderdaags had ik spijt van mijn plagerij. Ik ben toen zelf in de vroege morgen terug naar de diepe straat gegaan. Ik heb de takkenbos samengebonden en hem stilletjes, zonder dat iemand het zag, in nonkels tuin neergelegd. De verrassing was natuurlijk compleet. Tot zijn laatste dag heeft mijn nonkel geloofd dat het de Alvermannetjes waren, die hem dat hadden gelapt. Zij en zij alleen hadden die erwtenrijzen thuisbezorgd. En, voegde hij er dan telkens veelbetekenend aan toe, het moeten zij wel geweest zijn, want wie anders wist waar mijn tuin was."

Contacteer ons nu