Zoek teksten, afbeeldingen, video's

Hallo, deze site is gebouwd door Kris Merckx. Heb je zelf digitale hulp of ondersteuning nodig als particulier, bedrijf, VZW, school of vereniging? Bel me op 0497 94 40 81

Alle kleuren
zijn blauw

Als mensen sterven worden ze vaag. Als uitgegomde potloodlijnen vullen ze onze verhalen, tot er niemand meer is om het blad te lezen en datzelfde blad vergaat van ouderdom of zuurtegraad. Aan alles komt een eind zoals aan regenwolken die hun laatste ballast verliezen.

Ik zit op de trap van de boerderij, die blauwstenen trap, waar nu nog elke dag de kippen elkaar een plaats verdringen om eten te krijgen. Eten, net zoals toen ons vader en moeder nog leefden. In de grijsblauwe melkemmer schepte ons moeder tarwe die ze had gespaard in de grote legerwagen. Eén keer per jaar kwam die oude kar onder de loods uit in de boomgaard. Dan reed mijn vader er mee naar het pompstation om de banden die nog uit de laatste oorlog dateerden, op te pompen. Op het veld onder de straalblauwe zomerhemel werd hij gevuld met tarwe, geel als de briljante zomerzon.

Dan verdween hij weer op zijn aloude plaats, onder de loods. Dagelijks schepte ons moeder daar haar emmer vol. De kippen aten ervan alsof het telkenmale hun laatste avondmaal was.

© Liesbeth Haesevoets

Elke morgen en avond gingen mijn ouders met gammele tractor, mijn moeder daar achter op de fiets, de berg op, aan die veldwegjes op het Begijnhof. Daar liepen de koeien: enige zwart wit, maar vooral dat stevige witblauwe ras. De beesten vergaapten zich aan alles wat bewoog. Mijn moeder maakte het hekken open en mijn vader reed de tractor de weide in. Allé, allé… en nog wat minder schone woorden, om de koeien de weide in te jagen. Het gras is immers altijd groener op een ander.

Eén voor één kregen ze een teugel aangemeten. Met zachte hand en stil geleid bond mijn moeder de koeien één voor één vast aan een weideplot. Dan wachtten de beesten gemoedelijk op hun melkbeurt, zoals gelovigen op hun ronde aan de biechtstoel in de week voor Pasen toendertijd. Eén voor één van de zonden verlost, van de melk verlost, zoals elke wolk haar ballast verliest, aan de blauwe hemel.

Sliertjes wolkjes dreven aan de hemel. Zo moet het zijn geweest. Elke dag keer op keer opnieuw.

Maar alles wordt vager nu, onder de blauwe hemel. Ons moeder en vader zijn niet meer dan de zachte regen op mijn wang, van hier en daar een laatste wolkje aan de blauwe avondlucht.

Alles kleurt blauw. De schilder die dit alle schildert, trekt met brede penselen, alles vaag wit en blauw.

Kris Merckx, 17 december 2020

Contacteer ons nu