Zoek teksten, afbeeldingen, video's

Hallo, deze site is gebouwd door Kris Merckx. Heb je zelf digitale hulp of ondersteuning nodig als particulier, bedrijf, VZW, school of vereniging? Bel me op 0497 94 40 81

De avondlucht kleurde van blauw naar rood, zoals de blokken turf in het winterse haardvuur. Langs één van de hakige bochten van de beek, stak een heuvel uit het land, alsof hij heer en meester was van de langgerekte landplooien langs noord- en zuidkant. Een voetpad liep er om heen en lager af, achter de Eenzame Heuvel, in de Dieperik, daar waar de beek haar grootste bocht maakt, bouwden de eerste mensen hun huizen van leem en klei. Buiten op late zomeravonden, vertelden ze aan hun kinderen het Grote Verhaal, dat niemand ooit mocht vergeten, het verhaal over hoe alles toen nog was goed gekomen.  

Moeder Clara, zo vertelde Joannes aan de kinderen die daar die avond verzamelden, kende het verhaal als geen ander. Zij stamde nog af van een van de Twaalf Mannen die na de Bouw hier waren blijven wonen. Hoe lang dat precies nu wel was geleden, dat wist niemand, maar Clara was zo oud als de lemen wand van de hut van Wannes en daaraan kon je zien dat die al heel wat had doorstaan. 
Terwijl Tijs van Tisses een homp brood achter zijn scheve kiezen stak, keek hij vol ontzag omhoog naar de toren die daar boven op de heuvel stond. Ja, zei Joannes, ja… eer ook hij verstilde. 

Moeder Clara trok een draad op haar spinnewiel. Ze zweeg, knikte en keek met guitige ogen de kinderen aan. De Rode Draad, zei ze, die is er nog. Ik heb hem in mijn handen gehad.

Lees hoofdstuk 6

Contacteer ons nu